Waardengids. Waarden zijn identiteitsvormend. „Want om uit vrije wil vreemde waarden te erkennen en te aanvaarden, moet je je eigen waarden hebben. (Schopenhauer 1819)
Waarden kunnen worden opgevat als overtuigingen of richtlijnen. Volgens de communicatiewetenschapper en psycholoog Gerhard Maletzke liggen „[waardeoriëntaties] ten grondslag aan ons denken, ervaren en handelen […]. Deze oriëntaties worden van generatie op generatie doorgegeven in het socialisatieproces, waarbij veranderingen heel goed mogelijk zijn in de context van sociale verandering.“ (Maletzke 1996, 80)
Culturele structurele kenmerken
Waarden fungeren als een coherent netwerk waarop men zich moet oriënteren. Het verschil ligt in het individuele gewicht van de respectieve cultuur (vgl. Maletzke 1996, 80). Bovendien beschrijft Maletzke in zijn werk Interculturele communicatie waardeoriëntaties als een „cultureel structureel kenmerk [waarvan] mensen zich pas bewust worden wanneer ze mensen uit andere culturen met hun eigen waardeoriëntaties ontmoeten“. (Maletzke 1996, 80) In aanvulling hierop vat de cultuurwetenschapper Edith Broszinsky-Schwabe waarden samen als „ideeën over doelen van het individuele of gemeenschappelijke leven [die] aanzetten tot houdingen, acties en plannen“. (Broszinsky-Schwabe 2011, 177)
In zijn artikel Values and Morals wijst Lutz H. Eckensberger erop dat waardeconcepten verklaard kunnen worden in termen van ontwikkelingspsychologie. Reeds Jean „Piaget (1954) laat in een scherpe analyse van het verband tussen cognities, emoties en evaluaties zien dat deze naar elkaar verwijzen in termen van ontwikkelingspsychologie. […] Operationele omkeerbaarheid (‚concrete operatiesʻ) maakt normatieve gevoelens mogelijk en wordt erdoor gevoed; het komt overeen met waarde-inhoud.“ (Eckensberger 2007, 511)
Veranderende waarden
Hoewel waardeoriëntaties volgens Maletzke over het algemeen constant zijn, merkt hij toch op dat waarden, net als culturen, geleidelijk veranderen en transformeren in de loop van de tijd (vgl. Maletzke 1996, 89). Dit is duidelijk bij de „jongere generatie [die] een trend vertoont naar meer activiteit, creativiteit en zelfbeschikking. Spontaniteit, ervaring, vrijheid, persoonlijke communicatie winnen aan belang, terwijl gestandaardiseerd en gewoontegedrag afneemt.“ (Maletzke 1996, 89) Daartegenover staat een gelijktijdige verandering in waardeoriëntatie in de Derde Wereld. Maletzke bekritiseert vooral de instroom van technologie, media en moderne sociale structuren die Westerse waarden zoals „ijver, orde, stiptheid [en] betrouwbaarheid“ (Maletzke 1996, 89) incorporeren en zo traditionele culturele vormen ‚kapot‘ maken. Veranderingen zoals deze „leiden wereldwijd tot culturele assimilatie, tot een ‚veramerikanisering‘ of ‚verwestersing'“. (Maletzke 1996, 90)
Waardeconcepten en misverstanden
In haar boek Interculturele communicatie verduidelijkt Broszinsky-Schwabe dat waarden nauw verbonden zijn met identiteitsontwikkeling en gekenmerkt worden door kenmerken van verschillende culturen. De auteur maakt onderscheid tussen materiële (rijkdom, geld, bezittingen), sociale (familie, gemeenschap), morele/ethische (eer, trots, rechtvaardigheid) en religieuze waarden (religieuze principes, omissies).
Belangrijk voor de individuele culturen zijn hun verschillende waarden. Westerse culturen hebben bijvoorbeeld de neiging om een materialistische manier van leven te hebben, terwijl in islamitische gebieden ethische en religieuze waarden het belangrijkst zijn. Wanneer mensen uit verschillende culturen met elkaar communiceren of samen handelen, kunnen er misverstanden of zelfs ernstige conflicten ontstaan als gevolg van de verschillende waardeoriëntaties (cf. Broszinsky-Schwabe 2001, 177).
Institutionele overdracht van waarden
Daarnaast legt Broszinsky-Schwabe uit in welke mate waarden worden overgedragen door middel van verschillende instellingen. De essentiële waarden worden doorgegeven binnen het gezin of een sociale gemeenschap. De staat probeert op zijn beurt nationale waarden (vaderlandsliefde, landsverdediging) over te dragen via onderwijsinstellingen. Verder vertegenwoordigen en verspreiden samenlevingen met ideologische bedoelingen (determinisme, positivisme, nihilisme, enz.) gunstige of ongunstige, gewelddadige waarden. De kerk kan worden genoemd als de laatste belangrijke instelling voor de overdracht van waarden (vgl. Broszinsky-Schwabe Jahr, 178 e.v.). Volgens Bronzinsky-Schwabe hebben religies met hun tradities een effect op de verschillende „doelstellingen en levenspraktijken van vele miljoenen mensen in de wereld. Deze waardeoriëntaties bepalen het gedrag ten opzichte van bovennatuurlijke krachten, de natuur en medemensen“. (Broszinsky Schwabe 2011, 179)
Literatuur
Broszinsky-Schwabe, Edith (2011): Interculturele communicatie. Misverstanden – Begrip. Wiesbaden: Springer.
Eckensberger, Lutz H. (2007): Waarden en moraal. In: Straub, Jürgen/ Weidemann, Arne/ Weidemann, Doris (eds.): Handbuch interkulturelle Kommunikation und Kompetenz. Basisbegrippen – theorieën – toepassingsgebieden. Stuttgart: Metzler, 505-515.
Maletzke, Gerhard (1996): Interculturele communicatie. Over de interactie tussen mensen van verschillende culturen. Opladen: Westdeutscher.
Schopenhauer, Arthur (1819): De wereld als wil en verbeelding. Leipzig: Brockhaus.