„Elke waarde (elke deugd, elk leidend principe, elke menselijke kwaliteit) kan alleen haar volledige constructieve effect ontwikkelen als ze in duurzame spanning staat met een positieve tegenwaarde, een ‚zusterdeugd‘. Zonder dit evenwicht ontaardt een waarde in haar gedevalueerde overdrijving.“ (Schulz von Thun, n.d.)
Schulz von Thun (1989) heeft het „waardenvierkant dat van Nicolai Hartmann (1926) stamt en door Helwig (1967) verder ontwikkeld is voor interpersoonlijke communicatie en persoonlijkheidsontwikkeling, gecombineerd met het idee van ontwikkeling.“ (Schulz von Thun, n.d.)
Het ontwikkelingsvierkant is gebaseerd op vier waarden die in een dynamisch evenwicht moeten worden gehouden. Tussen de bovenste positieve waarden, zoals vriendelijkheid en gereserveerde terughoudendheid, bestaat een positieve spanning/complementaire relatie. Verticaal hierop staan de devaluerende overdrijvingen, zoals uitbundige afstandelijkheid en afwijzende knorrigheid. De verbinding tussen de lagere onwaarden vertegenwoordigt de ontsnapping van de ene onwaarde naar de volgende onwaarde wanneer er niet genoeg kracht is om zich op te werken naar de hogere positieve waarden. Dit kan gebeuren als de ene onwaarde, bijvoorbeeld een uitbundige afstandelijkheid, niet goed wordt ontvangen door de andere persoon en men concludeert dat men precies het tegenovergestelde moet doen en dus naar het andere uiterste gaat. De diagonalen in het model vertegenwoordigen tegengestelde tegenstellingen tussen waarde en onwaarde.
Het model helpt ook om interculturele conflicten te verklaren en kan worden gebruikt in discussies over het stellen van doelen.
Literatuur
Schulz von Thun, Friedemann (n.d.): das Werte- und Entwicklungsquadrat. https://www.schulz-von-thun.de/die-modelle/das-werte-und-entwicklungsquadrat [13.01.2021].
Schulz von Thun, Friedemann (2010): Het waarden- en ontwikkelingsplein. Een instrument voor communicatieanalyse en persoonlijkheidsontwikkeling. In: TPS. Leben, Lernen und Arbeiten in der Kita 9, 13-17.