Individualisme richt zich fundamenteel op de belangen, rechten en behoeften van het individu ten opzichte van de sociale omgeving, zodat de vrijheid van het individu het hoogste uitgangspunt is. Individualisme is bedoeld om een nieuw, meer omvattend en completer idee van menselijke vrijheid mogelijk te maken. Het beïnvloedt alle maatschappelijk relevante gebieden zoals ethiek, normen, politiek en economie.
De mens streeft zijn eigen belangen na
Individualisme kwam voort uit de Verlichtingsfilosofie. Het rationalistische individualisme huldigt de opvatting dat mensen van nature niet geschikt zijn om zich op de maatschappij te richten, maar alleen hun eigen doelen en belangen nastreven vanuit de rede. In deze visie kan het sociale gedrag van mensen alleen maar worden toegeschreven aan eigenbelang (cf. Wass 2016).
De oorsprong van het individualisme
De eerste individualistische filosofieën vonden hun oorsprong al in de 5e eeuw voor Christus bij Griekse geleerden. In de Europese geschiedenis begon het individualisme vooral met de opkomst van de Europese bourgeoisie, maar vooral de Amerikaanse samenleving zou het dichtst bij het individualisme staan (vgl. Taylor 1996). Het bewijs hiervan is de oprichting van de Amerikaanse grondwet, waarin individualisme een leidend principe is (vgl. Mewes 2004).
Aspecten en waarden van individualisme en collectivisme
Geïndustrialiseerde staten worden vaak ingedeeld aan de kant van het individualisme. Uitzonderingen hierop zijn Oost-Aziatische staten zoals Japan of Zuid-Korea, die ondanks de industrialisatie nog steeds duidelijk als collectivistisch worden beschouwd (vgl. Hofstede/ Hofstede/ Minkov 2010). In het tegenovergestelde collectivisme worden persoonlijke behoeften ondergeschikt gemaakt aan de behoeften van de sociale groep. Andere aspecten zoals respect voor ouders, harmonie onder elkaar en gezelligheid zijn waarden die in het collectivisme hoog in het vaandel staan. Daarentegen staan aspecten die het individu boven de samenleving plaatsen centraal in het individualisme. Dit zijn waarden zoals autonomie, zelfredzaamheid, competitie en de eigen doelen van het individu (cf. Cho et al. 2010).
Literatuur
Cho, H.-j. (2015): The Spec Generation Who Can’t Say „No“: Overeducated and Underemployed Youth in Contemporary South Korea. Kritiek op Oost-Aziatische culturen, Volume 23, Nummer 3, 437-462.
Hofstede, G./ Hofstede, G./ Minkov, M. (2010): Cultures and Organizations: Software of the Mind. New York: McGraw Hill Professional.
Mewes, H. (2004): Individualisme en Amerikaanse democratische theorie: oorsprong en oorspronkelijke betekenissen. In: A. K. al. (eds.): Democratic Theory and the Development of Democracy. Wiesbaden: VS, 75-100.
Taylor, C. (1996): Quellen des Selbst, die Entstehung der neuzeitlichen Identität. Frankfurt am Main: Suhrkamp.
Wass, B. (2016): Individualisme versus collectivisme – de vraag naar de aard van saamhorigheid. In: Dippelreiter, M./ Prosl, C. (eds.): Individuum und Gesellschaft im Spannungsfeld zwischen Bindung und Freiheit. Klagenfurt: Wieser, 1-10.